Uw-waarde berekeningen van ramen en deuren volgens het Vlaams Energie Agentschap

Minimale vermeldingen op Uw-waarde berekeningen van ramen en deuren volgens het Vlaams Energie Agentschap

BRON : Vlaams Energie Agentschap (VEA)

De verslaggever moet over de gegevens kunnen beschikken om na te gaan of de Uw- waarde bepaald is volgens de regels van het Het transmissiereferentiedocument (https://www.energiesparen.be/EPB-pedia/bijlagen-coordinatieMB#bijlage4).

De fabrikant kan dit aantonen over verschillende wijzen.

Wanneer de wijze waarop de Uw-waarde bepaald is, op het thermisch rapport vermeld staan is het voor iedereen duidelijk.

Het transmissiereferentiedocument (TRD) vermeldt in §8.2 het algemeen principe als volgt:

De warmtedoorgangscoëfficiënt van een venster (Uw) of een deur (UD) wordt bepaald voor de situatie vóór inbouw (‘naakt’ venster of ‘naakte’ deur) op één van de volgende wijzen.

 

  • ofwel door proeven volgens NBN EN ISO 12567-1 (of NBN EN ISO 12567-2 voor dakvensters). De proeven dienen te worden uitgevoerd op exact hetzelfde venster (of exact dezelfde deur) met dezelfde afmetingen en dezelfde samenstellende componenten.
  • ofwel aan de hand van een vereenvoudigde berekening volgens formule (16).

Waarbij de Ug waarden zijn bepaald in overeenstemming met NBN EN 673, NBN EN 674 of NBN EN 675  en de Uf-waarden ofwel volgens

 

    • proefondervindelijke bepaling in overeenstemming met NBN EN 12412-2
    • de numerieke berekeningswijze vermeld in NBN EN ISO 10077-2
    • de vereenvoudigde tabelwaarden van bijlage D bij het TRD.
  • De lineaire warmtedoorgangscoëfficiënten (Y-waarden) van de onderlinge aansluitingen tussen raamprofielen, raamstijlen, beglazingen, vulpanelen en ventilatieroosters, kunnen nauwkeurig bepaald worden uitgaande van een numerieke berekening volgens NBN EN ISO 10077-2 of een proef volgens NBN EN 12412-2.
  • Voor de aansluiting tussen beglazing en raamprofiel mogen de Y-waarden ook de waarden bij ontstentenis gebruikt worden die vermeld zijn in de tabellen van bijlage E.

Wanneer op de documenten aangeleverd door de fabrikant geen duidelijke vermelding is op welke wijze volgens het TRD en  welke van bovenstaande normen zijn toegepast dient u de waarden bij ontstentenis te gebruiken volgens bijlage D bij het TRD.

Er moet steeds verwezen worden naar de Belgische normen en of het transmissiereferentiedocument

Vraag nu uw offerte